Wie is de (ver)bouwer van vandaag? Wat houdt hem bezig en hoe maakt hij zijn keuzes? In een digitaal rondetafelgesprek wisselden een aantal belangrijke spelers uit de bouwsector, samen met marketingbureau Essencia, hierover van gedachten. Hoe ervaren zij de evoluerende markt en hoe wordt er adequaat op ingespeeld? Wat zijn de opportuniteiten, knelpunten en de uitdagingen? ArchiComm schoof mee aan, nieuwsgierig naar nieuwe inzichten rond de woningmarkt van gisteren en vandaag, maar vooral die van morgen.
Vier topics werden onder de loep genomen: de veranderende woningmarkt, de nieuwe woonvormen en invullingen van woningen, de smart homes en tot slot de duurzaamheid met ook aandacht voor EPB-eisen en het circulair bouwen. Wat blijkt? Ondanks het feit dat de Belg nog steeds een baksteen in de maag heeft, wordt ondertussen meer gebouwd voor de markt dan door de markt. Belgen die op zoek gaan naar een nieuwbouwwoning, kijken vaker richting bouwpromotoren en groepswoningbouw. Wie toch zelf bouwt of verbouwt, is opvallend beter geïnformeerd en meer betrokken dan voorheen. Smart homes zijn een hot topic, al is er daar nog heel wat potentieel. En al zijn we op vlak van duurzaamheid zeker op de goede weg, ook daar nog veel werk aan de winkel, vooral dan op de renovatiemarkt.
Een eerste cijfer dat onder de aandacht wordt gebracht, is de actuele verhouding van residentiële nieuwbouw en renovatie, uitgedrukt in het aantal gebouwen. Deze is ongeveer fiftyfifty, een verhouding die de laatste achttien jaar min of meer stabiel is gebleven. Bekijken we deze verhouding uitgedrukt in het aantal woningen, dan zien we dat residentiële nieuwbouwwoningen met 62 procent de overhand nemen. Voor deze nieuwbouwwoningen wordt steeds vaker in de richting van projectontwikkelaars gekeken, met uiteraard ook een aanbod aan groepswoningbouw. Kijken we naar het type woning, dan blijkt dat de open bebouwing moet inleveren ten voordele van de halfopen en gesloten bebouwing. Opvallend: in 2020 hield de open bebouwing wel stand en won zelfs lichtjes aan terrein, wat kan worden toegeschreven aan corona en het verlangen naar meer oppervlakte en een tuin. Desalniettemin is de algemene trend dat de Belg kleiner gaat wonen, weliswaar met hoge verwachtingen op vlak van comfort.
Zowel in de nieuwbouw als renovatie hecht de Belg meer dan ooit belang aan gepersonaliseerde, kwaliteitsvolle producten en oplossingen. Lieven Verstaen van Daikin: “Bij de nieuwbouw noteren we inderdaad een duidelijke verschuiving naar de projectafdeling. Maar ook bij de particuliere bouwer en vooral verbouwer zien we een stijgende interesse naar doordachte oplossingen waarbij hij voorrang geeft aan kwaliteit. We mochten trouwens een sterke groei noteren in de renovatiemarkt, met vooral interesse in de multisplitsystemen. De reden? Drie warme zomers en het corona-effect waarbij het reisbudget gespendeerd werd aan het opwaarderen van de woning.” Daarnaast noteert Daikin ook een verhoogde aandacht voor luchtkwaliteit binnenshuis en de vraag naar een actieve filtering, ook getriggerd door corona. “Het verlangen naar comfort, ook in de badkamer van de compactere woning, blijft groot”, bevestigt Pascale Curias van FACQ. “En Belgen zijn meer dan ooit bereid daarin te investeren.”
Hoe nauw is de gemiddelde Belg nog betrokken bij de bouw of verbouwing van zijn woning? Frank Gyzels van Sto: “De consument is, nog meer dan voorheen, bezig met de opvolging van zijn woning, dit in samenspraak met de architecten.” Dit ondervinden ze ook bij Velux: “Men gaat eerst op zoek naar informatie op het internet, ook op diverse bouwplatformen. Maar nadien is er toch nog de behoefte om advies in te winnen bij de expert, ter bevestiging van hun bevindingen.” De customer journey start met andere woorden dus steeds vaker online. Sabine Merlevede van Wienerberger: “Dit maakt dat onze showroomadviseurs meer gerichte vragen krijgen, niet alleen over het esthetische aspect maar ook meer technische aspecten.” Samengevat: de (ver)bouwer anno 2021 is opvallend meer betrokken in het (ver)bouwproces, goed geïnformeerd en wordt bijgevolg steeds veeleisender. Iets waar de bouwprofessional niet meer buiten kan en op voorbereid moet zijn.
Comfort is belangrijk, niet alleen in de woning maar ook in de tuin. Bart Van Hal van Husqvarna: “De tuin is meer dan ooit een onderdeel van de woonbeleving. En de beschikbare oppervlakte wordt efficiënter benut.” Grenzen tussen binnen en buiten lijken ook verder te vervagen. Vooreerst is er de stijgende vraag naar pergola’s en terrasoverkappingen. Johan Lisabeth van Winsol: “Buiten wordt meer naar binnen getrokken. Er wordt in huis constant naar licht gezocht. Het komt erop aan het ruimtegevoel te optimaliseren. Grote raampartijen met slanke profielen zijn in opmars, gekoppeld aan optimaal comfort.” Yves Sottiaux van Velux bevestigt: “Vandaag opteert men vaker voor twee in plaats van één dakraam in de slaapkamer. Net daarom pakt Velux uit met een nieuwigheid: het 2-in-1-raam, met twee ramen in één kader.” Een vraaggestuurde innovatie die inspeelt op de behoefte naar meer licht en bijgevolg ook wooncomfort.
Hoe slim is het huis anno 2021? Volgens een studie van Essencia neemt het aandeel van domotica in de renovatiemarkt elk jaar toe, maar blijft in zijn totaliteit nog steeds relatief laag. ❯ Liefst 46 procent van de Belgen vindt dat domotica te weinig toegevoegde waarde creëert. Te duur voor wat het is. Van alle ondervraagden die wel voor domotica kozen, deed 74 procent dat voor het comfort. Slechts 27 procent opteert voor automatisatie en domotica om energie te besparen. En net daar liggen nog heel wat opportuniteiten en uitdagingen. “Een energetische transitie is niet mogelijk zonder deze numerieke revolutie”, vindt men bij Daikin. Lieven Verstaen: “Connectiviteit zal sowieso een belangrijke rol spelen in het keuzeproces van de dertigjarige (ver)bouwer die is opgegroeid met smartphones en apps. En ook al is de keuze momenteel nog vooral comfortgedreven, de verdere uitrol van de digitale meter zal daar verandering in brengen. Domotica zal meer en meer worden ingezet om stroompieken te vermijden.” Pascale Curias van FACQ: “Vandaag is er al een reële interesse in platformen die met waterbeheer en -besparing te maken hebben, om alles vanop één centraal punt te bedienen.” Naast de voordelen op energievlak, blijft comfort een belangrijke factor. En op dat vlak zijn er ook nog heel wat opportuniteiten. Essencia denkt daarbij aan slimme liften die de levensloopbestendigheid van de woning ten goede komt. De bestelde boodschappen die door de lift op de juiste verdieping worden afgeleverd, terwijl de bezorger al onderweg is naar het volgende adres? Het is maar een voorbeeld.
Hoe zit het met het energiebewustzijn van de gemiddelde Belg? Zo’n 34 procent geeft aan te renoveren om te moderniseren. Slechts 18 procent doet dit om energetisch te besparen. En amper 7 procent van de huiseigenaren kent het E-peil van zijn woning. Frank Gyzels van Sto: “Zowat 60 procent van het bestaande woningpark is slecht geïsoleerd. Wanneer je weet dat een gemiddeld gezin 15 ton CO2 uitstoot om de woning te verwarmen, is die impact dus groot.” Bij een bevraging van de algemene bevolking naar hun mening over het energiepeil, denkt 45 procent wel dat investeringen om het energiepeil te verlagen meer opbrengt dan het kost. Opmerkelijk: dit percentage bedroeg in 2012 nog 51 procent en is dus in dalende lijn. De gemiddelde Belg is met andere woorden minder overtuigd van de meerwaarde van investeringen om de woning energiezuiniger te maken. Nog werk aan de winkel.
Rond circulair bouwen is er volgens Essencia nog maar weinig data beschikbaar. Uit een bevraging bij aankopers van grote bouwondernemingen blijkt dat werken met circulaire bouwmaterialen vandaag nog moeilijk ligt. Dat neemt niet weg dat er door fabrikanten volop onderzoek naar gedaan wordt. Zo werkt Daikin aan de recuperatie van koelvloeistoffen. Wienerberger ontwikkelt kalkmortels die het mogelijk maken om gevelstenen eenvoudiger te demonteren en te hergebruiken. Daarnaast doet men ook onderzoek naar een innovatief droogstapelsysteem. Sabine Merlevede van Wienerberger: “De particulier ligt er vandaag nog iets minder van wakker, maar eenmaal die wetgeving en het beleid rond zijn, zal ook de consument meer kiezen voor duurzame producten die circulair tot stand zijn gekomen.” Bieke Gepts Van Essencia: “Op Europees vlak gebeurt veel rond ‘the footprint of the building’. Het is zeker denkbaar dat gebouwen in de toekomst niet alleen een E-peil waar ook een ecologische waarde, bepaald wordt door de duurzaamheid van de gebruikte materialen, toegekend krijgen.” De wil van de producenten is er, maar de wetgever heeft nog een rol te spelen. Een besluit waar alle partners het over eens zijn. Met dank aan Daikin, Sto, Husqvarna, FACQ, Wienerberger, Velux en Winsol.