NLFR

Vakblad over installatietechniek, hvac, sanitair en elektriciteit
Het einde van de terugdraaiende teller: impact en oplossingen
Ook in 2021 lopen de orderboekjes van installatiebedrijven aardig vol.

Het einde van de terugdraaiende teller: impact en oplossingen

Het nieuws sloeg in als een bom: op donderdag 14 januari 2021 oordeelde het Grondwettelijk Hof dat de regeling rond de overgangsperiode voor het einde van de terugdraaiende teller op de schop moest. Iedereen die een digitale meter plaatst, kan niet langer rekenen op het principe van de terugdraaiende teller. Een mokerslag voor heel wat gezinnen met zonnepanelen op hun dak, maar toch blijft de sector niet bij de pakken zitten. 

De beslissing lokte heel wat boze reacties uit. “Een zelden geziene verontwaardiging”, zo liet Vlaams Ombudsman Bart Weekers optekenen in De Tijd. Op een week tijd kreeg de Vlaamse Ombudsdienst meer dan 300 klachten binnen. Toch kwam de uitspraak voor vele insiders niet onverwacht. “We ­zagen de bui al enkele maanden hangen”, zegt Jurgen Van de Sompele van zonnestroomspecialist Solarclarity. “Vooral wie in de laatste maanden nog snel een PV-installatie heeft laten plaatsen, voelt zich – terecht – bekocht.”

Het spreekwoord zegt: ‘de soep wordt nooit zo heet gegeten als ze geserveerd wordt’. Snel na de uitspraak van het Grondwettelijk Hof liet Vlaams minister van Energie Zuhal Demir (N-VA) weten dat er een compensatieregeling voor gedupeerden zou komen. Het exacte bedrag van de premie hangt onder meer af van het piekvermogen van de installatie, de gemiddelde kostprijs van de zonnepanelen in het jaar van installatie, de reeds ontvangen overheidssteun en het al ontvangen voordeel van de terugdraaiende teller.

‘Een kleinere omvormer nemen, met hetzelfde paneelvermogen, zorgt voor aftopping in de zomer, maar extra productie op andere momenten.’

‘De spelregels veranderen’

Het financieel verlies mag dan wel beperkt blijven, ook de reputatieschade voor de overheid en – helaas – ook de sector mag niet onderschat worden. ­Vertrouwen en investeringszekerheid zijn sleutelbegrippen, en dan helpt het niet wanneer een overheid haar beloftes niet kan waarmaken. “Het is ­begrijpelijk dat dit beeld blijft hangen. Mensen zien de regels tijdens het spel veranderen. We zijn dan ook bezorgd over het draagvlak voor nieuwe investeringen in hernieuwbare energie en voor de energietransitie”, aldus Dirk Van Evercooren, Algemeen Directeur van ODE in een opiniestuk. “Daarom moeten de overheden dringend duidelijkheid verschaffen over de richting waarin we evolueren en de gezinnen (en de bedrijven) actief bijstaan in die energie­transitie. Ook is belangrijk dat we de digitale meter niet aan de prosumenten opdringen zonder uitleg. Want alleen wie de voordelen van de digitale meter ziet, zal hem verwelkomen en gebruiken.”

Ook bij installateurs en andere bedrijven in de PV-sector stond de telefoon roodgloeiend omdat boze burgers hun beklag wilden doen. Toch wil dat niet zeggen dat de sector niet zal herstellen van de onzekerheid en kritiek. Ook in 2021 lopen de orderboekjes van installatiebedrijven aardig vol. In nieuwbouwprojecten blijven PV-installaties immers een conditio sine qua non om een gunstig E-peil te behalen. 

Andere ligging en omvormerdimensionering

De manier waarop we naar zonnepanelen kijken, verandert wel: alle beslissingen staan veel meer in het teken van zelfconsumptie. En dat heeft een enorme impact: zo is een zuidgerichte ligging niet langer ontegensprekelijk de beste keuze. Een oost- of westgerichte ligging leidt tot een meer gespreide productie over de dag en dus tot meer kansen op verhoogd eigen gebruik. 

Wie nu zonnepanelen plaatst, denkt best ook goed na over de dimensionering van de omvormer. “Een kleinere omvormer nemen, met hetzelfde paneel­vermogen, zorgt voor aftopping in de zomer, maar extra productie op andere momenten. Denk maar aan de herfst en de lente, en ’s morgens en ’s avonds in het algemeen. Ondanks een verlies op jaarbasis kan dit tot hogere inkomsten leiden”, voegt Wannes Demarcke, Beleidsmedewerker bij PV-Vlaanderen, toe. 

“Ik ben al 13 jaar actief in de wereld van de zonnepanelen, en heb al geleerd dat je je constant moet aanpassen in deze sector”, lacht Van de Sompele. “De sleutel voor de oplossing ligt in een stijging van de zelfconsumptie. We hebben voor onze klanten een tool ontwikkeld die onmiddellijk laat zien hoe een stijging van het percentage zelfconsumptie een rechtstreekse impact heeft op de potentiële besparing.” Ook hij ziet de toekomst hoopvol tegemoet: “Zonne­panelen waren nog nooit zo goedkoop als vandaag de dag. Ook het feit dat het prosumententarief voortaan wegvalt is een belangrijk voordeel dat veel mensen uit het oog verliezen. En er komen nieuwe opportuniteiten: eenmaal batterijsystemen betaalbaarder en rendabeler worden, wordt het mogelijk om je zelfconsumptie op te krikken naar zeker 65 procent.”

‘Leg je dak vol’

Een mogelijk neveneffect van de beslissing is dat mensen de keuze maken om niet teveel zonnepanelen te plaatsen, en zeker niet meer dan de huidige jaarproductie. Zo wil men een zo hoog mogelijk percentage zelfverbruik en zo hoog mogelijk percentage rendement bekomen. ODE raadt juist het omgekeerde aan. Demarcke: “We willen mensen aanmoedigen om hun dak zo vol mogelijk te leggen. In de toekomst zal het elektriciteitsverbruik immers stijgen, bijvoorbeeld na aanschaf van een elektrische wagen. Tegelijkertijd zal opslag goedkoper worden. Door de vele vaste kosten is het bovendien veel goedkoper een dak in één keer vol te leggen: elk extra paneel dat je bijplaatst heeft een lagere kost per kWh dan het vorige. Je kan per paneel inschatten hoeveel extra zelfverbruik dit in de komende twintig jaar zal opleveren en samen met de injectievergoeding bekijken of dit de investering waard is. We willen mensen dus aanmoedigen in absolute cijfers te denken in plaats van in percentages, en daarnaast ook aan de energietransitie te denken.”

Dirk Van Evercooren is ervan overtuigd dat het nieuwe systeem helder is. “Wat je met je zonnepanelen produceert en onmiddellijk verbruikt, is gratis. Wat je van het net afneemt betaal je zoals vanouds. Wat je teveel hebt, zet je op het net en wordt nu vergoed. De meeste energieleveranciers ­zullen je immers een terugleveringsvergoeding betalen.” Alleen voor eigenaars van warmtepompen is er meer nodig, vervolgt Van Evercooren: “Met een slimme sturing van de warmtepomp en/of de warmtepompboiler kan je het negatieve effect van het wegvallen van de terugdraaiende teller deels wegwerken. Toch zijn extra maatregelen nodig om de impact op gezinnen met warmtepompen te beperken.”

Pragmatische oplossing

Bovendien grijpt de overheid wellicht ook naar meer pragmatische ‘op­lossingen’. Aanvankelijk zou de uitrol van de digitale meter prioritair ­worden voorzien voor eigenaren van zonnepanelen. Om te vermijden dat ­Fluvius-installateurs voor gesloten deuren te komen staan, drukte de Vlaamse regering alvast de pauzeknop in. Tot begin april worden geen nieuwe digitale meters geplaatst bij eigenaren van zonnepanelen, en het kan zelfs tot midden 2029 duren voor Fluvius bij hen langskomt. Ter herinnering: de aanvankelijke deadline lag op eind 2022.   

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details