Sectorfederatie gas vraagt technologisch neutrale aanpak van overheid

Met de publicatie van de startnota voor de vorming van een nieuwe Vlaamse regering, steekt een aloude discussie opnieuw de kop op. Wat met verwarming op fossiele brandstoffen, zoals gas en stookolie? De startnota spreekt alvast van een uitfasering van vervuilende verwarmingstoestellen. Hoog tijd voor Didier Hendrickx, Public Affairs Manager bij sectorfederatie gas.be, om de puntjes op de i te zetten wat betreft de opportuniteiten van aardgas om de klimaatdoelstellingen te behalen.

Een recente studie van de Universiteit Gent toonde aan dat het vervangen van oudere gas-en stookolieketels door gascondensatieketels voor een BKG-emissiereductie van 32% kan zorgen.

In de regeringsonderhandelingen komt onder meer een verbod op stook-olieketels bij nieuwbouwwoningen vanaf 2021 aan bod. Ook installaties op aardgas zouden ‘strenger aangepakt worden’. Didier Hendrickx nuanceert het potentieel van die maatregel. “De geplande ontwikkelingen op het gebied van stedenbouwkundige verplichtingen zijn ongetwijfeld een stap in de goede richting. Maar aangezien jaarlijks ongeveer 1% van de woningen wordt vernieuwd (zware renovatie inbegrepen), zou het een eeuw duren om het volledige huidige woningpark te vernieuwen. Dit betekent dat een overgangsperiode nodig is.” Hendrickx verwacht dat de overheid kiest voor een aanpak die technologisch neutraal is. “Er bestaan heel wat diverse oplossingen voor de verwarmingssector, en er bestaat geen unieke toveroplossing.”

Emissiereductie van 32%

Investeren in isolatie is een deel van de oplossing, maar om de klimaatdoelstellingen tegen 2030 te behalen, is er meer nodig. Het vervangen van oudere gas-en stookolieketels door gascondensatieketels biedt mogelijkheden, stelt Hendrickx. “Een recente studie van de Universiteit Gent toonde aan dat zo’n maatregel voor een BKG-emissiereductie van 32% kan zorgen. Dit is een eenvoudig realiseerbare hefboom. De impact is bovendien aanzienlijk, aangezien nog bijna 40% van de huishoudens zich vandaag de dag verwarmt met stookolie. Ook de luchtkwaliteit gaat erop vooruit bij zo’n vervangingsoperatie, vanwege een geringere uitstoot van fijnstofdeeltjes. Gas is verantwoordelijk voor slechts 1% van de uitstoot van fijnstof die voortkomt uit de verwarming van onze huizen.”

Gas is geen vijand van ‘groene’ technologieën zoals een warmtepomp of zonnepanelen, aldus Hendrickx. Ze kunnen immers gecombineerd worden. “Zo bestaan er bijvoorbeeld gaswarmtepompen met een seizoensgebonden rendement van 135% (of een equivalent van elektrische COP van 3,5) op primaire energie. En intussen zijn er ook veelbelovende technologieën op de markt met een primair energierendement van ongeveer 150% (thermodynamische ketels). Honderden brandstofcellen op aardgas draaien al in België. Alle deze nieuwe gastoepassingen zijn A⁺⁺.”

De dichtheid van het Belgisch aardgasnet maakt het mogelijk bijna 70% van biomethaanpotentieel te valoriseren.

Biomethaan

Ook de innovaties inzake ‘groen gas’, spelen volgens de Public Affairs Manager een belangrijke rol. Een stille getuige daarvan is de eerste injectie van bio-methaan in het aardgasnet van Fluvius door de intercommunale IOK te Merksem, in november 2018. En daar blijft het niet bij, zegt Hendrickx. “Het potentieel van injecteerbaar biomethaan in het Belgische gasnet wordt op 10% van het huidige aardgasverbruik geschat. Dit cijfer zal naar verwachting nog stijgen. De dichtheid van het Belgisch aardgasnet maakt het mogelijk bijna 70% van biomethaanpotentieel te valoriseren. De valorisatie door injectie is dus geografisch relevant, maar ook energetisch. Bij injectie wordt immers meer dan 90% van de geproduceerde energie gevaloriseerd. Groen gas gebruiken betekent een energie gebruiken die soms 100% CO₂-neutraal is.”

Hendrickx vervolgt: “De Gas for Climate-studie van maart 2019 schat het Europees potentieel van hernieuwbaar en koolstofarm gas op 270 miljard m³/jaar in 2050 en toont aan dat een besparing van 217 miljard euro per jaar mogelijk is met dit hernieuwbaar gas-scenario, ten opzichte van een ‘full electric’-scenario.”