Heel wat problemen met verwarmingsinstallaties zijn een gevolg van een slechte waterkwaliteit. Een nieuwe Technische Voorlichting van het WTCB wil calamiteiten vermijden door anders met waterbehandeling om te springen: ‘Proactief te werk gaan in plaats van remediërend werken, dat is de belangrijkste verandering die we willen bewerkstelligen.’ Bij de vervanging van een installatie in Zonnebeke werd alvast gewerkt met de principes die de nieuwe richtlijn met zich meebrengt, en werd de installatie uitgerust met een magneetfilter van Fernox.
De verwarmingsinstallatie van een woning naast een steenbakkerij in Zonnebeke was aan een ingrijpende vernieuwing toe. De oude verwarmingsketel werd vervangen door een nieuwe cv-ketel van De Dietrich, de Elidens PGC 65 kW. “Het is een toestel dat heel vaak gebruikt wordt in renovatietoepassingen. Zeker wanneer de ketel in de kelder moet komen te staan, omdat je daar niet altijd de mogelijkheid hebt om een wandketel te hangen”, zegt Nick Hellin, Product Manager De Dietrich bij Van Marcke. Naast de ketel werden ook de bestaande radiatoren en leidingen gedeeltelijk vervangen, maar een aantal gietijzeren radiatoren bleef behouden, omwille van hun rustieke karakter. In zo’n geval is extra aandacht voor de kwaliteit van het verwarmingswater noodzakelijk, zegt Yves Desplenter, Sales Director bij Fernox. “Oude gietijzeren radiatoren bevatten heel vaak vervuiling, een gevolg van de oxidatie van de installatie. Dat leidt tot magnetietslib en mogelijk tot corrosie.” Hellin sluit zich daarbij aan: “In renovatieprojecten, zoals hier, is het altijd aangewezen om de installatie te reinigen en het water te verversen.”
Een lijvig document van het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB) biedt raad: de nieuwe Technische Voorlichting 278 bevat immers aanbevelingen om afzettingen en corrosie in verwarmingsinstallaties met warm water te voorkomen. “Een werkgroep, waar ook Fernox bij betrokken was, heeft maar liefst zeven jaar aan dit document gewerkt”, licht Desplenter toe. De Technische Voorlichting bepaalt dat de waterkwaliteit gemeten moet worden, en dat er in functie daarvan eventuele acties moeten worden ondernomen. Dankzij het document zijn enkele discussiepunten tussen fabrikanten van ketelfabrikanten van de baan. “In het verleden was er wel eens discussie over welk aspect van waterkwaliteit primeerde, of welke grenswaarden vastgelegd moesten worden. Deze Technische Voorlichting schept duidelijkheid in het debat”, aldus Desplenter. “Het is goed dat er concrete oplossingen worden aangereikt. Als fabrikant waren we daar vragende partij voor”, zegt ook Nick Hellin. De Technische Voorlichting besteedt ook aandacht aan het vervangen van een warmtegenerator, wat dus van pas kwam in het project in Zonnebeke. Desplenter: “Het is van groot belang om eerst en vooral de waterkwaliteit in de bestaande onderdelen goed te evalueren: zijn er afzettingen of sporen van corrosie aanwezig? Dat was in dit project het geval. En dus was er een oplossing nodig, want dergelijke vervuiling kan voor problemen in de nieuwe ketel zorgen.” Daarom werd de installatie uitgerust met een magneetfilter van Fernox, de TF1 Omega Filter 1 ¼”. Deze vervangt achtergebleven vervuiling uit de installatie. “De radiatoren spoelen met water zou nooit voldoende zijn geweest, want dan zou er altijd een deel vervuiling zijn overgebleven”, aldus Desplenter. Verder werd een beschermingsmiddel Fernox FC1 Inhibitor aan de installatie toegevoegd; conform de WTCB richtlijn en de voorschriften van de ketelfabrikant. Desplenter: “Het doel van onze bijdrage: de corrosieprocessen stopzetten en de bestaande vervuiling naar de magneetfilter afvoeren.” Dankzij de deskundige ondersteuning kon installateur Brecht Rambour uit Ieper dit project tot een goed einde brengen. De installateur kon ook terugvallen op een uitstekende samenwerking met Van Marcke Technisch uit Ieper.
Fernox wil de installateurs vertrouwd maken met de adviezen in de Technische Voorlichting. “Het is een vertrekpunt bij de opleidingen die we in samenwerking met Van Marcke College geven”, haalt Desplenter aan. “Door de richtlijn te volgen kan de installateur fouten vermijden en anticiperen op mogelijke problemen. Dat heeft deze realisatie aangetoond: we wachtten niet tot er zich problemen voordoen in de installatie, maar namen proactief de nodige stappen om de waterkwaliteit bij de opstart te garanderen en die ook optimaal te houden.” B ovendien moet men de waterkwaliteit te allen tijde in de gaten gehouden, ook na het realiseren van de installatie. “Bij de opstart volstaat het in residentiële installaties om stadswater te gebruiken, maar nazorg is belangrijk. Na verloop van tijd zal de ph-graad van het water immers wijzigen, onder invloed van het gebruik van de installatie. Daarom moet je na verloop van tijd het water controleren en eventueel bijsturen waar nodig. Die controle kan samen met het verplichte onderhoud van de ketel gebeuren”, aldus nog Hellin.