Waterstof, de toekomst van de ­noodstroomvoorziening

De energietransitie waarin we ons bevinden brengt stroombevoorradingsonzekerheid met zich mee, waardoor noodstroomvoorzieningen nog aan belang hebben gewonnen. Tot vandaag denken we bij een noodstroomaggregaat (NSA) ongetwijfeld aan een dieselaggregaat. Maar heeft de dieselmotor op het pad van de energietransitie echter nog een toekomst ? Specialist E. Van Wingen is ervan overtuigd dat ook noodstroom­voorzieningen perfect de overstap naar waterstof kunnen maken. Het is een ontwikkeling en een visie die passen bij het denken rond de circulaire economie, waar E. Van Wingen sinds 2014 als gecertificeerd MVO-bedrijf op inzet.

Diesel is niet meer in trek. De impact van de opslagtanks op de milieuvergunning is groot en de regelmatige keuringen zijn geen pretje. Omdat aan de brandstof een groene fractie wordt toegevoegd, vormen zich in de brandstoftanks bacteriën, wat leidt tot technische problemen aan de motoren. Extra filterinstallaties zijn noodzakelijk. Kortom, wie tegenwoordig nood heeft aan noodstroom kent kopzorgen en moet diep in de beugel tasten.

Sinds 2011 wordt bij E. Van Wingen ingezet op innovatieve ontwikkelingen zoals energieopslag en autonome lokale netten.

Waterstof

Tot voor kort was het enige alternatief het gebruik van aardgas. Nu is er ook waterstof als energiedrager voor de opslag van groene stroom. Een fles gevuld met waterstof is als het ware een eenvoudige batterij waarin we energie opslaan om ze te benutten wanneer er behoefte aan is. Op zich is er geen eenvoudigere manier om energie op te slaan dan in de vorm van gas in een fles. De technologie van de opslag is dus zeer eenvoudig en, in tegenstelling tot een elektrochemisch proces zoals in batterijen, niet onderhevig aan veroudering.

Een groot voordeel is dat de densiteit van de opgeslagen energie veel hoger is dan bij batterijen. Waterstofflessen zijn dus ook plaatsbesparend. Net als batterijen kunnen ze gevuld worden met energie afkomstig uit hernieuwbare energiebronnen. Denk aan overtollige zon- en windenergie. De omzetting van de opgeslagen energie in stroom on demand gebeurt zonder CO₂-uitstoot. Dit maakt de noodstroomvoorziening ook een stuk duurzamer.

Specialist E. Van Wingen is ervan overtuigd dat ook noodstroom­voorzieningen perfect de overstap naar waterstof kunnen maken.

Belangrijke ommekeer

E. Van Wingen leverde de noodstroomvoorzieningen op het nieuwe NATO hoofdkwartier in Brussel en is betrokken bij de lopende uitbreidingen op de luchthaven van Schiphol. Ook in andere sectoren is EVW alomtegenwoordig, zoals zorg­instellingen, petrochemie, telecom,… EVW is ervan overtuigd dat nieuwe technologische ontwikkelingen voor een belangrijke ommekeer in de technologiekeuze in noodstroomvoorzieningen zullen zorgen, wat de energietransitie een belangrijke duw in de rug geeft.

Investeren in rookgasfilters op grote dieselnoodstroomgeneratoren is weggegooid geld, zo vindt EVW. Wat men niet aan filters besteedt, kan beter ingezet worden in een oplossing met 0 gr CO₂-uitstoot. Het is dan ook beter om te beginnen de emissies te reduceren door geleidelijk meer en meer van het geleverde noodstroomvermogen te produceren op waterstof.

“We bouwen ondertussen al 5 jaar verder op het concept van de ICE op waterstof dat UGent ons leverde in 2015. Onze eerste lange duurtest over meer dan 4000 draaiuren bevestigde meteen onze verwachtingen”, aldus J-P Van Wingen, General Manager. Sinds 2011 wordt bij E. Van Wingen ingezet op innovatieve ontwikkelingen zoals energieopslag en autonome lokale netten. Daarmee speelt het bedrijf een voortrekkersrol in Europa.

Partnership op lange termijn

Technologisch innovatief zijn is vanzelfsprekend een sterkmaker, maar EVW onderscheidt zich ook door in te spelen op een langetermijn­perspectief op vlak van onderhoud. EVW sluit nooit een project af bij de oplevering, maar blijft een partner op lange termijn. Zo biedt EVW passende oplossingen aan die op het technische vlak de noodstroomvoorziening bij de gebruiker garanderen, en de bouwheer op een termijn van 30 jaar continuïteit in de ondersteuning en de cost of ownership verzekeren.